Dit is algemene info over de reis- en verblijfsdocumenten. Geef in de zoekfunctie bovenaan jouw situatie in voor specifieke info.
Reis- en verblijfsdocumenten
Om naar een ander land te reizen, heb je een reisdocument nodig: een identiteitskaart of een internationaal paspoort. Als je naar dat land reist om er een tijdje te wonen, dan heb je meestal ook verblijfsdocumenten nodig, bijvoorbeeld een speciaal visum of een verblijfsvergunning.
Het is belangrijk dat je je vertrek goed plant, want soms duurt het lang om je documenten aan te vragen. Denk daarom na over volgende vragen:
- Wil je naar een land binnen of buiten de Europese Economische Ruimte (EER)?
Je hebt meer documenten nodig als je naar een land buiten de EER gaat. - Hoe lang wil je naar het buitenland?
Hoe lang je in het land verblijft bepaalt meestal welke formulieren en documenten je nodig hebt. Ga je minder dan 90 dagen, dan zijn de regels anders dan als je langer dan 90 dagen gaat. Wat wil je er precies doen?
Ga je studeren of werken? Wil je ook een centje bijverdienen? Er zijn verschillende documenten voor verschillende redenen.
Verblijven in de EER of in Zwitserland
In de landen van de EER en Zwitserland geldt het vrij verkeer van personen. Dat heeft veel voordelen. Je kan gemakkelijk van het ene naar het andere land reizen en mag in elk land wonen.
Heb je een Europese nationaliteit? Dan kan je studeren in een land van de EER of in Zwitserland. Je mag er ook werken, zonder dat je een aparte werkvergunning moet aanvragen.
Minder dan 90 dagen
Verblijf je minder dan 90 dagen in een land van de EER of in Zwitserland? Dan heb je zelfs geen speciale reisdocumenten of verblijfsdocumenten nodig. Je moet enkel je identiteitskaart meenemen.
Wil je tijdens die 90 dagen werken? Dan moet je je wel aanmelden bij de lokale bevolkingsdienst (bijvoorbeeld het gemeentehuis).
Meer dan 90 dagen
Ben je van plan langer dan 90 dagen in een ander land van de EER of Zwitserland te verblijven? Dan moet je je aanmelden bij de lokale bevolkingsdienst. Dat breng je in orde binnen de eerste 8 dagen na je aankomst in het land.
Deze documenten mag de lokale bevolkingsdienst vragen:
1. Identiteitskaart of internationaal paspoort
Let erop dat jouw identiteitsdocument nog minstens 6 maanden geldig is na de datum van je geplande terugkeer.
2. Bewijs dat je verzekerd bent
(bijvoorbeeld jouw Europese ziekteverzekeringskaart of een bewijs van een andere medische verzekering). Lees meer hierover op de themapagina over ziekteverzekering.
3. Documenten die bewijzen waarom je in het land bent
(bijvoorbeeld inschrijving bij een school of universiteit, een werkcontract of een stagecontract)
4. Solvabiliteitsbewijs
Soms wordt een solvabiliteitsbewijs gevraagd. Dat is een document om te bewijzen dat je genoeg geld hebt voor de periode dat je in het land zal verblijven. Een voorbeeld hiervan is een uittreksel van je bankrekening.
5. Toestemming om te reizen als minderjarige
Ben je jonger dan 18 jaar? Dan moet(en) jouw ouder(s) een document ondertekenen dat ze jou toestemming geven om alleen te reizen. Dit formulier kan je aanvragen bij je Belgische gemeentehuis.
Op het gemeentehuis wordt het document gelegaliseerd. Dat wil zeggen dat de gemeente verklaart dat de handtekening(en) van je ouder(s) echt zijn. Daarna moet het ook bij de FOD Buitenlandse Zaken gelegaliseerd worden, zodat het document in het buitenland aanvaard wordt.
Een verblijf in een land buiten de EER
Wil je naar een land buiten de Europese Economische Ruimte of Zwitserland? Dan wordt het een beetje ingewikkelder. Elk land mag namelijk zelf kiezen wie er mag verblijven. Dat wil ook zeggen dat je niet in elk land kan studeren, stage lopen, werken of vrijwilligerswerk doen.
Hieronder vind je de meest voorkomende documenten die een land kan vragen voor je ernaar toe mag reizen om er te verblijven:
1. Een internationaal paspoort
Om naar een land buiten de EER te reizen, heb je meestal een internationaal paspoort nodig. Dat komt omdat in de meeste landen buiten Europa jouw Belgische eID geen geldig identiteitsbewijs is. Enkel je internationaal paspoort telt als identiteitsbewijs. Soms noemen mensen dit een reispas.
Om te weten of je een paspoort nodig hebt voor jouw bestemming, kijk je op de website van FOD Buitenlandse Zaken. Daar zie je ook meteen hoe lang jouw paspoort nog geldig moet zijn.
Een paspoort vraag je aan bij je gemeente in België en kost geld. Elke gemeente rekent een andere prijs aan. Vraag jouw paspoort op tijd aan, anders betaal je extra kosten voor een spoedprocedure. Meestal duurt het ongeveer 2 weken voor je een paspoort kan krijgen, maar in drukke periodes (zoals bijvoorbeeld de zomervakantie) kan het langer duren.
Een paspoort kan je 7 jaar lang gebruiken. Ben je minderjarig wanneer je je paspoort aanvraagt? Dan kan je het 5 jaar gebruiken.
2. Een visum
Voor een verblijf buiten de EER heb je meestal een visum nodig. Een visum is een officiële toestemming van het land waar je heengaat om dat land binnen te mogen en in dat land te verblijven. Een visum vraag je aan bij de ambassade van het land waar je naartoe wil reizen.
Wanneer heb je een visum nodig?
Trek je naar een land buiten de EER om stage te lopen, te studeren, te werken of vrijwilligerswerk te doen, dan heb je altijd een visum nodig. Enkel voor toerisme kan je soms visumvrij reizen.
Welk visum heb je nodig?
Dat hangt af van jouw plannen. Om te studeren heb je een ander visum nodig dan om stage te lopen, vrijwilligerswerk te doen of te werken. Om te weten welk visum je precies nodig hebt, contacteer je de ambassade of het consulaat van het land waar je naartoe wil. Vaak vind je de info op hun website, soms zal je moeten bellen of mailen. De websites en contactgegevens van alle ambassades en consulaten in België vind je bij FOD Buitenlandse Zaken.
Reis je via een ander land, omdat je een tussenstop maakt en op een ander vliegtuig moet stappen? Dan heb je in sommige landen (bijvoorbeeld de Verenigde Staten en Canada) een transitvisum nodig. Een transitvisum is eenvoudig om aan te vragen en duurt meestal niet langer dan een week om in orde te brengen. Controleer dus voor elk land dat je op jouw reis passeert, of je een visum nodig hebt via de website van FOD Buitenlandse Zaken.
Om een visum aan te vragen, zal je volgende documenten moeten indienen
1. Verzekeringsdocumenten
In de meeste landen moet je kunnen bewijzen dat je een ziekteverzekering hebt. Daarvoor heb je een document van je ziekenfonds nodig. Ga je naar een land buiten de EER of Zwitserland? Dan moet je waarschijnlijk een extra verzekering afsluiten, omdat het ziekenfonds jou daar niet kan verzekeren.
2. Uitnodigingsbrief
Een uitnodigingbrief vraag je bij de organisatie waar je in zal terecht komen. Dat kan jouw school, stageplaats, bedrijf of vrijwilligersorganisatie zijn. Zij maken een document waarin staat dat zij verantwoordelijk zijn voor jou tijdens jouw verblijf in dat land.
3. Documenten die de reden van je verblijf aantonen
Wanneer je een visum aanvraagt, moet je aantonen waarom je in het land wil verblijven. Dat kan met documenten zoals een inschrijvingsbewijs van een school, een stagecontract, een werkcontract, een vrijwilligerscontract, …
Niet elke aanvraag wordt goedgekeurd. Als er bijvoorbeeld documenten ontbreken, dan kan de ambassade jouw aanvraag weigeren. Houd er ook rekening mee dat het lang kan duren voor je je visum krijgt. Begin dus zo vroeg mogelijk, want soms duurt het zelfs meer dan 3 maanden.
3. Een verblijfsvergunning
Ga je naar een land buiten de EER, maar niet als toerist? Dan heb je meestal ook een verblijfsvergunning nodig. Een visum en een verblijfsvergunning zijn twee verschillende dingen. Een visum dient om een land binnen te komen, een verblijfsvergunning geeft toestemming om in het land te verblijven. Informatie over verblijfsvergunningen vraag je na bij de ambassade of het consulaat van het land waar je heen wil gaan. De contactgegevens van alle ambassades en consulaten in België vind je bij FOD Buitenlandse Zaken.
4. Een werkvergunning
Ga je naar een land buiten de EER om er te werken? Dan heb je een werkvergunning nodig. Dat is niet altijd gemakkelijk om te krijgen. Er zijn landen die maar een beperkt aantal werkvergunningen per jaar geven. In sommige landen kan je enkel een werkvergunning aanvragen als je een bepaalde opleiding of specialisatie hebt. De voorwaarden voor een werkvergunning vraag je na bij de ambassade. De contactgegevens van alle ambassades en consulaten vind je bij FOD Buitenlandse Zaken.
5. Toestemming om te reizen als minderjarige
Ben je jonger dan 18 jaar? Dan moeten jouw ouder(s) een document ondertekenen dat ze jou toestemming geven om alleen te reizen. Dit formulier kan je aanvragen bij je Belgische gemeentehuis.
Op het gemeentehuis wordt het document gelegaliseerd. Dat wil zeggen dat de gemeente verklaart dat de handtekening(en) van je ouder(s) echt zijn. Daarna moet het ook bij de FOD Buitenlandse Zaken gelegaliseerd worden, zodat het document in het buitenland aanvaard wordt.
Voor sommige landen moet dit document ook gelegaliseerd worden door de ambassade voor je vertrekt. Dat vraag je na bij de ambassade van het land waar je naartoe wil. De contactgegevens van alle ambassades en consulaten vind je bij FOD Buitenlandse Zaken.
6. Mogelijke andere documenten
Om je visumaanvraag te doen, moet je in bepaalde landen extra documenten kunnen voorleggen. Check dit goed op voorhand zodat je alles klaar hebt voor je aanvraag.
1. Solvabiliteitsbewijs
Soms wordt een solvabiliteitsbewijs gevraagd. Dat is een document om te bewijzen dat je genoeg geld hebt voor de periode dat je in het land zal verblijven. Een voorbeeld hiervan is een uittreksel van je bankrekening of een brief van jouw bankdirecteur.
2.Vaccinatiebewijs
Voor sommige landen moet je een vaccinatie (inenting) tegen bepaalde ziektes hebben, bijvoorbeeld Gele Koorts of Hepatitis A. Op de website van Wanda kan je per land bekijken welke vaccinaties of medicatie je nodig hebt.
3.Een beëdigde vertaling van je documenten
De aanvraag van een visum, verblijfsvergunning en werkvergunning doe je in één van de talen van het land waar je naartoe gaat. Soms mag het ook in het Engels. De ambassade beslist zelf welke talen de documenten mogen hebben.
Als je een document hebt dat in een andere taal is, dan zal de ambassade om een beëdigde vertaling vragen. Dat wil zeggen dat de vertaling gemaakt is door een erkende vertaler. Die is aangesloten bij een vaste Rechtbank van Eerste Aanleg. Op zoek naar een beëdigd vertaler? Kijk in de databank van FOD Justitie om alle beëdigde vertalers te zien.
Nadat de vertaling klaar is, zorgt de vertaler zelf voor een legalisatie van de Rechtbank van Eerste Aanleg waar die bij is aangesloten.
Daarna moet het document ook nog gelegaliseerd worden door FOD Justitie en daarna door FOD Buitenlandse Zaken, in die volgorde. Die laatste twee legalisaties kan de vertaler meestal voor jou in orde brengen, maar hiervoor moet je extra betalen. Je kan ze ook zelf in orde brengen als je dat wil. Meer informatie over legalisatie van beëdigde vertalingen lees je bij FOD Justitie en FOD Buitenlandse Zaken.
Veilig reizen
Op de website van FOD Buitenlandse Zaken vind je per land advies over veiligheid en gewoontes in het land.
Is jouw reis geboekt? Meld je dan zeker aan op Travellers Online. Zo weet de Belgische ambassade wanneer je in het land bent. Als er iets ernstigs gebeurt, bijvoorbeeld een natuurramp of een aanslag, dan kunnen ze jou gemakkelijker bereiken en helpen.